Cochabamba
Vroeger was Cochabamba de groentetuin van Bolivia. Tegenwoordig is door ontbossing het klimaat droger geworden en groente en fruit groeien beter in de lager gelegen gebieden. De stad zelf is uitgestrekt en dat maakt dat de afstanden groot zijn. In het centrum van de stad kun je nog de koloniale bouw van de tijd van de Spanjaarden zien. Voorbeelden hiervan zijn de San Francisco kerk, de Recoleta of het Hoofdplein. Veel is bijgebouwd en het autoverkeer is sterk toegenomen. Cochabamba heeft ook gezellige markten waar je van alles kunt kopen: levensmiddelen, schoenen, kleding, meubels. Ieder die kan maakt iets om het te kunnen verkopen. In iedere cochabambino schuilt zich een handelaar.
Vroeger bestond de kledij van de inheemse vrouwen in Cochabamba uit een wijde rok, kort bloesje, sandalen, een mantilla over de schouders en een hoge witte hoed met een zwart lintje. Dat wordt door de mensen van het platte land en de emigranten vanuit de regio in de stad nog steeds gedragen. In Bolivia kon je zien waar iemand vandaan komt aan de vorm en kleur van zijn hoed. Het gebruik van de klederdracht wordt ook in Bolivia snel minder.
Langs een van de vele avenida’s, in het noorden van de stad is Comedor Infantil te vinden. Het voormalig kerkgebouw dat voor het project in gebruikt is, heet Santa Ana.